Voorbeeld
Zij p(X)=X3 -X (Z /6Z )[X]. De bijbehorende veeltermfunctie is de nulfunctie! Elk element van Z /6Z is een nulpunt van p(X). Het is dus in het algemeen niet zo dat de veeltermfunctie de veelterm vastlegt. Het is alleen al om deze reden dat altijd onderscheid gemaakt dient te worden tussen een veelterm en de daarbij behorende veeltermfunctie.