Oefeningen: Cykels (sectie 2)

Oefeningen:Cykels (sectie 2)
Klik de kleine balletjes aan die naast het goede antwoord staan.
De volgende vragen gaan over de permutatie p=[3 2 5 4 1 7 6]
Hoeveel vast punten heeft p
1
2
5
6
Hoeveel elementen bevat supp(p)?
1
2
5
6
Wat is de cykle decompositie van p?
(2,4)(3,5,1,7,6)
(5,3)(6,7)(1,3)
(2,4)(6,7,1,5,3)
(1,3,5)(6,7)
Wat is de kleinste n>0 zodat pn=id?
1
2
5
6
Gegeven is de permutatie (in cykle notatie) q=(2,3)(6,7,1).
Er bestaat een permutatie k zodat
k qk -1 =p.
Waar.
Niet Waar.
Elke permutatie kan op een unieke wijze ontbonden worden in transposities
Waar.
Niet Waar.
Here you'd have seen an applet if your browser supported Java